Egon Leo Adolf Schiele wordt op 12 juni 2890 geboren op het station van Tulln. Het was een thuisbevalling - zijn vader was de stationschef en had daar een grote dienstwoning. Adolf Schiele is een imposante man in uniform met zwaard en pluimhoed. Zijn vrouw Marie komt uit een rijke familie. Ze voorziet zichzelf van een dienstmeisje en runt een deftig huishouden. Ze voedt ook haar kinderen statig op. Maar Egon is een kleine rebel. Amper uit de luiers grijpt hij naar zijn pen. Tekent. Penseelt. Verft. Hij lijkt er aanleg voor te hebben.

De kleine rebel.

Zijn atelier is de vensterbank in de woonkamer van zijn ouders met uitzicht op het perron. Hij brengt er uren door met zijn tekenblok. Gefascineerd door de technologie. De geluiden. De reizigers en hun emoties. Het station werd al snel zijn favoriete motief. Locomotieven. Treinen. Seinstelsels. Egon schildert alles wat hij ziet. En imiteert alles wat hij hoort. Hij loopt over het perron te steigeren als een oude stoomlocomotief. Snuivend en fluitend tot groot vermaak van de voorbijgangers. Als hij geen ster van het Weense modernisme was geworden, zou hij waarschijnlijk carrière hebben gemaakt als stem imitator.

Vuur en vlammen.

Het tekenblok wordt al snel te klein voor hem. De dynamiek in zijn foto's vereist grotere oppervlakken. Egon verandert de flat van zijn ouders in een galerie. Overal foto's en schetsen. Zelfs de vloer wordt niet gespaard. Het krijtspoor leidt dwars door de slaapkamer en de eetkamer naar de elegante salon. Een kronkelende spoorlijn met sporen en alle bijbehorende stations. Greifenburg. Olomouc. Bos. Het geduld van de ouders raakt op. Niet voor het eerst. De vloer wordt geschrobd. De schetsen zijn verbrand in het vuur. En daarmee het bewijs dat zelfs de kleine Schiele een groot meester was.

Tulln treinstation met werknemers en arbeiders

Algemeen plan